Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Er is [21]niets van buiten den mens in hem ingaande, hetwelk hem kan [22]ontreinigen; maar de dingen, die van hem uitgaan, die zijn het, welke den mens ontreinigen. 21. Namelijk van spijs of drank, matig en met dankzegging gebruikt zijnde; 1 Tim.4:4. 22. Grieks, gemeen maken.